[Als je liever luistert naar dit artikel, klik dan HIER]
 
Pema Chödrön is een Amerikaanse.
(De naam klinkt niet Amerikaans. Klopt. Het is haar Tibettaans-boeddhistische naam.)
 
Toen ze 80 werd, heeft ze een kort filmpje de wereld ingestuurd.
Dat ze niet bang is om te sterven want ze heeft al veel geoefend.
(Hoezo?)
Haar vroegere leraar had ooit een praatje gehouden, ‘dood in het leven van elke dag’: elke ademhaling is een beetje geboren-worden (pril, nieuw) en een beetje sterven (het is weer voorbij). Dat was de boodschap.
 
Every breath, a small death and a small birth.
 
Alles is steeds aan het veranderen: geboren-worden-sterven-geboren-worden-sterven. 
Moment na moment.
Dit besef had haar bij een intense ervaring gebracht van ‘geen-grond-onder-de-voeten’.
 
(Haar eerste reactie was een beetje paniek geweest.)
 
Ze is daarna in haar leven een bijzondere aandacht gaan geven aan momenten van ‘geen-grond-onder-de-voeten-heid’.
[vergeef me deze vertaling van ‘groundlessness’]
 
Ze dacht/denkt/hoopt dat dit je een beetje kan voorbereiden op de grote ‘niks-meer-om-je-aan-vast-te-houden-heid’ (wanneer je doodgaat).
 
Ervaringen van verandering kunnen de grond onder onze voeten glibberig maken.
Maar ook andere ervaringen kunnen dat, bv wanneer iets jou ontglipt waar je op rekent, van uitgaat, op steunt, waar je een gevoel van richting aan ontleent, of een gevoel van identiteit. 
Als dat er niet meer is, of het voelt niet meer zo stevig aan.
 
 

(Zintuiglijk ontvankelijk

Ik kan er nu zo eentje oproepen, een beetje, zo’n geen-grond-onder-de-voeten-heid, nu ik in onze tuin zit.
Mijn zintuigen ontvankelijk: dat brengt me een volle, rijke zintuiglijke ervaring … tegelijkertijd ervaar ik het ongewisse van … van perspectieven, routines, todo’s, verwachtingen. 
Al die ‘dingen’ waar ik me in de maalstroom van het leven door laat voortstuwen en die gepaard gaan met het gevoel dat je leven substantie heeft, of een structuur, dat het iets stevig heeft, dat het ergens naartoe gaat, dat het een zin heeft die herkenbaar is voor anderen … dat is op dit moment niet meer zo voelbaar, het lijkt geen realiteit meer, nu ik mijn ogen en oren en huid de kost geef.
De ervaring heeft iets rijk én tegelijkertijd een beetje griezelig.
De zintuiglijke ervaring is vol maar het gevoel dat mijn leven een ‘loop’ heeft (zoals een levensloop of de loop van een rivier), valt een beetje weg, dreigt ontmaskerd te worden als een illusie.
Het voelt allemaal niet meer zo stevig.)
 
 

Oefenen (1)

Voor Pema Chödrön zijn er meer dan genoeg ervaringen om hiermee te oefenen.
Maar wat bedoelt ze met dat oefenen? 
Wat doet ze dan als ze het onbehagen ervaart (een beetje of intens) dat we kunnen ervaren als we oncomfortabel weinig hebben om ons aan vast te houden of aan vast te klampen?
 
Laten we eens kijken naar wat ze zegt in dat praatje:
 
‘Ik ben niet bang voor de dood.
Ik ben niet bang van ‘geen-grond-onder-de-voeten-heid’.
Maar betekent dat dat ik geen angst voel?
Nee.
Telkens ‘geen-grond-onder-de-voeten-heid’ naar voren komt, dan is er steeds zo’n ‘hhh’ (ze zuigt de lucht hoorbaar naar binnen: ‘hhh’).
Een klein beetje van wat je misschien voelt vlak voor je – parachute op de rug – uit het vliegtuig springt. 
En dan ontspan je je.
Je leert jezelf te ontspannen in die situatie, in dat vallen, in de ‘geen-grond-onder-de-voeten-heid’ van dat moment.’
 
Dat is haar oefenen: ontspannen in de ervaring van vallen of schuiven of dat het schuift onder je voeten, glibberigheid.
 
 

(Vakantie voorbij

Je voelt een angstigheid op zondagavond of maandagochtend voor de start van de werkweek, of op het einde van de vakantie, of voor een contact dat je gaat aangaan.
Iets anders komt eraan.
Een ander komt eraan.
Echt anders.
Je kan die angstigheid niet verjagen met een oppeppend praatje tegen jezelf of door jezelf te herinneren aan hoe dingen toch meestal goed lopen … 
Je staat niet zo stevig.
Je hóeft dit niet zien als een onredelijk gebrek aan vertrouwen.
Je moet niet met spoed naar de therapeut.
Je beseft – en je hebt gelijk! – dat je eigenlijk niet weet wat er op je af gaat komen en ook niet of je er tegen opgewassen zal zijn.)
 
 

Oefenen (2)

Het gaat Pema Chödrön erom zich te wennen aan die hhh-ervaring: eerst angst  – één moment, ‘hhh’- en vervolgens een gevoel van jezelf daarin ontspannen.
 
‘Je moet er een beetje vertrouwd mee geraken’, zegt ze, met dat ‘erin ontspannen’.
 
Dat is wel wat. 
Want bij zo’n eerste paniekje – hhh – ben je net geneigd om je op te spannen, in een kramp te schieten, jezelf weg te trekken, in afkeer van dat schuiverige, glibberige, onvaste, het verlies aan wat je normaal gezien steun geeft. 
Zij stelt voor om er net een beetje tegenaan te gaan leunen en je erin te ontspannen. 
 
Je ervaart-beseft dat dingen in beweging zijn, in verandering, dat niets hetzelfde blijft, dat er niet echt iets is om je aan vast te houden, en dat is een kostbare ervaring, vol waardering van het leven met alle complexiteit ervan.
 
 

(Verveling

‘Verveling’, het klinkt bedrieglijk banaal want wat doen we allemaal niet om eraan te ontsnappen?
Hoe spartelen we niet als een duiveltje in een wijwatervat als we in de buurt van verveling komen.
Tijdens verveling hebben we geen voeling meer met onze verdiensten, kwaliteiten, projecten, hoop, met wat we betekenen voor anderen (of voor onszelf).
Het lijkt allemaal een beetje weg … 
(het is eigenlijk ook weg) 
(als dat weg kan zijn, hoe stevig is dat alles dan eigenlijk?))
 
 

Oefenen (3)

Ik weet niet hoe het zit met dat oefenen.
Met dat ontspannen in die licht-creepy momenten.
Of je je zo kan voorbereiden op dat ultieme moment van niks meer hebben om je aan vast te grijpen of om op te staan.
Of je angst voor de dood zo kan kleiner worden.
Ik ben geen boeddhist. 
 
Maar ik detecteer ze ook wel, die onvaste ervaringen.
En ik kom het niet veel tegen dat ze gethematiseerd worden:
  • ‘Hhh’-momenten.
  • ‘Vrije-val-ervaringen’.
  • Ongewisse momenten.
  • Ongewisse ervaringen van jezelf. Van de ander.
 
Terwijl ze horen tot het levenslandschap.
 
 

(Lezen

Ik ben aan het lezen in een moeilijk boek in een taal die ik niet goed beheers. 
Traag lezen, herlezen, opzoeken in een woordenboek, opzoeken op internet. 
Soms in de buurt komen van iets verstaan.
(met een besef dat ik de bal misschien helemaal mis sla)
(met een besef dat ik te weinig kennis heb die verondersteld wordt door de schrijver, een filosoof, wat mijn lezen arm en kwetsbaar maakt)
Ik wil dit boek helemaal lezen.
Niks overslaan. 
Het lezen brengt me soms iets dat ik nog niet ervaren heb, en dat is fijn.
Ik neem het ter hand en dat voelt alsof ik op het punt sta om een duik te nemen in koud water.
Ik ben er niet genoeg op toegerust.
De schrijver beschrijft dat hij – naakt – zich bekeken voelt door een kat. Hij ervaart schaamte. En hij schaamt zich voor zijn schaamte.)
 
 
Vriendelijke groeten,
Johan Van de Putte
 
 
PS Hier kan je het verjaardagspraatje van Pema Chödrön bekijken en beluisteren.
 
 
 

Nieuwsbrief

Een mailtje na een nieuw artikel?

Schrijf je uit wanneer je wil. Powered by ConvertKit

Deze website gebruikt cookies. Door verder te surfen op deze website accepteer je het gebruik van cookies.  Meer info